De opzet was zeer klein.
De opzet was zeer klein, maar het ging voorspoedig met de jonge
veilingvereniging, zodat deze weldra moest worden uitgebreid.
Het geschiedenisboek vertelt, dat de heer L. ter Horst voorzitter was en
tevens veilingmeester. J. Visser was tweede voorzitter en de heren H. M. J.
Doom secretaris, J. J. Bijkerk Czn. tweede secretaris, G. Jansen penning-
meester en verder hadden nog in het eerste bestuur zitting de heren R. Beute
en A. Aalderson.
De kwekers moesten in het begin zelf voor verpakkingsmateriaal zorgen en
een ieder ging zijn eigen gang. De verkoop geschiedde geheel anders dan
tegenwoordig. Augurken bijvoorbeeld werden per duizend stuks verkocht.
Deze manier van verkoop voldeed echter niet en er werd overgegaan tot een
andere methode, de vereniging stelde verpakkingsmateriaal beschikbaar.
Eerst waren het manden, maar in 1936 kwamen pas de houten kisten, waar
allerlei kleingoed in verpakt kon worden.
In het eerste jaar, dat de veiling op gang kwam, werd voor een bedrag van f
49.978,— aan groenten geveild. In de oorlogsjaren 1914—'18 ging het
uitstekend met de groentekwekerij in Steenwijk. Er werd toen een omzet
geboekt van f 225.296,68. Deze aanvoer was te danken aan de tuinbouw op
de Oostermeenthe.
In die tijd was er veel export naar Duitsland, maar na 1918 kwam er een grote
teruggang voor de veiling. Zelfs zo, dat er in 1922 voor slechts f 60.000,—
werd verhandeld.
In 1925 verhuisde de veiling naar het terrein van de Spoorwegen en een jaar
later werd de Coöperatieve Veilingvereniging Steenwijk en Omstreken W.A.
opgericht. Dit W.A. werd later gewijzigd in G.A.
De vereniging beschikte over een veilingklok, die in het jaar 1923 in gebruik
werd genomen. Voordien was de heer P. Zwolle lange tijd afslager.